Voordelen van een vals plafond.
Wie bouwt kan kiezen om al dan niet met een vals plafond te werken. Het grootste nadeel van een valse plafond is de vermindering van ruimte en het extra werk dat erin kruipt, maar deze techniek heeft ook tal van voordelen. Eerst en vooral is een vals plafond ideaal om zaken in te verbergen, hierbij kun je bijvoorbeeld denken aan ventilatiebuizen of allerhande kabels. Daarnaast zorgt een vals plafond ervoor dat je de lichtpunten nog niet hoeft te bepalen tijdens de ruwbouw. Ze zullen namelijk in het valse plafond gezet worden en dat kan dus op een later tijdstip. Ook de akoestiek kan beduidend beter zijn met een vals plafond als je met de juiste materialen werkt. Wie in de toekomst zaken wilt wijzigen zal merken dat een vals plafond ook voor heel wat flexibiliteit zorgt. Het wijzigen van lichtpunten, veranderen van leidingen, armaturen of luidsprekers zal heel wat vlotter geburen wanneer men voor een vals plafond gekozen heeft. En voor de handige Harry onder ons kan een vals plafond ook nog eens een besparing opleveren. Ten eerste omdat je het echte plafond niet hoeft te bepleisteren, maar ook omdat je een vals plafond met een beetje handigheid zelf kunt plaatsen. Als laatste kan een vals plafond ook gebruikt worden om de ruimte van extra isolatie te voorzien of een airconditioning.
De juiste binnendeur kiezen.
Een binnendeur is een weloverwogen beslissing en geen impulsieve aankoop. De binnendeur bepaalt namelijk mee de look en feel van een interieur. Waar een binnendeur vroeger vooral functioneel was en enkel diende om ruimten van elkaar te scheiden, kan ze nu bijdragen aan de inkleding van ons huis.
Bij het kiezen van de juiste binnendeur spelen meerdere zaken een rol. Er is de keuze in materiaal en uitzicht van de deur. Zo kan men kiezen voor een glazen deur met of zonder getinte ruiten, een houten deur die strak en modern is, een houten deur met een antiek motief, een geschilderde deur of zelfs een behangen deur. Alles is mogelijk en niets is te gek.
Ook de manier waarop de deur opengaat biedt heel wat opties. Men kan kiezen voor de gewone deur die opendraait, maar ook een schuifdeur of klapdeur behoren tot de mogelijkheden.
Daarnaast dient bepaalt te worden of men in het hele huis voor hetzelfde type binnendeuren gaat kiezen of de keuze bepaalt per ruimte. Een glazen deur voor het salon, maar stevig hout voor de slaapkamers… de combinaties zijn eindeloos.
Helemaal in de mode is het kiezen voor een unieke en persoonlijke deur. Dit kan heel budgetvriendelijk door het gebruik van muurstickers, maar ook het verwerken van een heus design in bijvoorbeeld hout of glas is zeker geen uitzondering meer.
De juiste trap kiezen
Een trap is vaak het eerste wat je ziet als je binnenkomt. Hij bepaalt op die manier mee de eerste indruk die je bezoeker krijgt van het karakter van je huis, van de manier waarop je woont en tenslotte van je eigen persoonlijkheid.
Waaraan hecht je belang?
Een trap is een meubelstuk en dus ook modegevoelig.
Bij de keuze van een trap is het dan ook essentieel dat je eerst jezelf een aantal vragen stelt. Moet hij opvallen of juist niet? Mag hij veel of weinig ruimte innemen? Zal hij veel of weinig gebruikt worden, door jezelf, kinderen, bejaarden, huisdieren? Wat als je ouder wordt?
Een trap moet passen bij je wooninrichting, duurzaam zijn en een esthetische meerwaarde bieden. Uiteraard zal je keuze altijd beperkt worden door de vrije ruimte die beschikbaar is in de gang of de living.
Door goed over deze zaken na te denken kan je vooraf al een aantal keuzes maken.
Daarnaast zijn er een aantal vereisten aan dewelke een trap moet voldoen. Omdat we een trap zo dikwijls op- en aflopen lijkt hij een banaal gebruiksvoorwerp, maar niets is echter minder waar. Zo is de afmeting van de treden van groot belang. Ze moeten steeds 16 en 18 centimeter hoog zijn en een diepte hebben van 22 tot 32 centimeter. De verhouding tussen beiden staat vast. De breedte van de trap mag nooit minder zijn dan 80 centimeter. Andere belangrijke eigenschappen zijn de slipvastheid, het lawaai en kraken van de treden, de veiligheid van de trapleuning.
In grote lijnen zijn er drie soorten trappen.
De rechte trap, soms twee of meer gescheiden door een overloop tussen de trapniveaus. Deze is het eenvoudigst te maken en bijgevolg ook het goedkoopst.
De hoek of draaitrap. Bijvoorbeeld een kwartdraaiende trap zonder rustplaats.
De wenteltrap in cirkelvorm. Het voordeel van deze trap, namelijk de plaatsbesparing is tevens zijn grootste nadeel, door de beperkte breedte en de draaicirkel kunnen geen grotere voorwerpen naar boven gebracht worden.
Materialen voor een trap.
Drie materialen worden al dan niet in combinatie gebruikt en hebben elk hun eigen kenmerken.
Hout wordt het meest gebruikt en laat ook alle vormen en versieringen toe. Van recht tot gebogen of verdraaid en gesculpteerd. Bij hout moet voorkeur gegeven worden aan houtsoorten met een hoge slijtweerstand, eik, beuk of tropische houtsoorten. Hout heeft ook als bijkomend voordeel dat het geen statische elektriciteit oplaadt en dus minder stof en vuil zal opvangen.
Daarnaast kan een trap opgebouwd worden uit natuursteen of beton. Een betonnen trap kan bekleed worden met elk ander materiaal maar kan ook blank gelaten worden. Je kan dan kiezen voor een specifieke kleur en oppervlakte. Glad, gepolijst, gezandstraald enz. Een natuurstenen of betonnen trap heeft een uitstekend akoestisch comfort, is duurzaam en vergt een minimaal onderhoud.
Na de art nouveau is het gebruik van metaal even in de vergeethoek geraakt, maar door nieuwe materialen zoals inox, geëmailleerd staal en aluminium wordt metaal in een moderne trap meer en meer gebruikt. Weliswaar dikwijls in combinatie met hout waarbij de draagstructuur en de leuning in metaal zijn.
Net zoals bij niet bekleed beton geeft een metalen trap een kouder en meer zakelijk effect.
Stijl van een trap
Modern of hedendaags: hier worden alle materialen gebruikt waarbij de nadruk gelegd wordt op het geheel, niet op een detail of een sierlijke overgang. De moderne trap is eenvoudig en strak. Hij wordt gerealiseerd in afgewerkt beton of in hout of een combinatie van hout en metaal. Het hout meestal in lichte tinten. Soms worden in een moderne trap combinaties met glas verwerkt.
Rustiek: Een sierlijke houten trap met sculptuur. Zoals je in oude herenhuizen of in een kasteel terugvindt. Deze trap straalt pracht en rijkdom uit.
Klassiek: Een plechtstatige trap met ruime bochten, royale treden, gesculpteerde balustrades en soms beeldhouwwerk. Een trap die enkel in een grotere ruimte tot zijn recht komt en herinnert aan de grandeur van oude herenhuizen.
Cottage is een typische Engelse stijl die romantiek oproept. Deze stijl bevat veel decoratieve elementen zoals een gedraaide of gekruiste spillenbalustrade. De trap is dikwijls wit geschilderd of wit met houten treden. Hij maakt onscheidbaar deel uit van het interieur. Er wordt gestreefd naar een open en familiale stijl.
De rustieke trap is nostalgisch en meestal gecombineerd met geraffineerd ijzeren smeedwerk in de balustrades. Deze trap sluit goed aan bij landelijke huizen met een klassiek tintje zoals een vroegere boerderij, een hoeve die gerenoveerd is of een klassiek herenhuis.
De juiste trap kiezen is dus geen sinecure. Hij gaat een huisleven lang mee. Een verkeerde keuze kan zo goed als niet ongedaan gemaakt worden en zal een leven lang ergernis meebrengen. De juiste trap daarentegen wordt een sieraad voor je huis waaraan je steeds weer genoegen beleeft.
Houten vloeren in het hele huis.
Wil je een vloer die een warm en gezellig karakter geeft aan je woning dan kies je voor een houten vloer. Hout is puur natuur in je woning. Twijfel je nog, kijk dan naar het enorme aanbod, de vele houtsoorten, kleuren en afwerkingen. Vloerverwarming of een houten vloer in keuken of badkamer is vandaag geen probleem meer. Een houten vloer, mits goed gelegd en onderhouden gaat zeker even lang mee dan een natuurstenen vloer.
Een houten vloer is een tijdloos en duurzaam natuurproduct, weinig of niet onderhevig aan mode en biedt een hoog comfort. Ze voegt sfeer en verfijnde warmte toe aan je woning. Een gevoel van welbehagen. Het onderhoud is door de hedendaagse behandeling en -producten tot een minimum beperkt.
Je moet wel aandacht geven aan de keuze van de houtsoort, de ene soort is nu eenmaal duurzamer en kan langer belopen worden zonder sporen na te laten dan de andere, de mogelijke verkleuring door de zon, het legpatroon, de behandeling die het vooraf onderging, kortom de typische karakteristieken van je houten vloer.
Naast de eigen kleur en tekening kan een houten vloer gekleurd worden door ze te roken, dubbel roken, een specifieke kleur vernis, boenwas of olie. Naargelang de eindbehandeling zal je houten vloer glanzen, bijvoorbeeld door vernis of boenwas een satijnen glans krijgen of een natuurlijk mat uitzicht blijven behouden door olie. Olie is vandaag “in” maar beslis naargelang je eigen voorkeur en het uitzicht dat je wil bekomen.
Het onderhoud is minimalistisch. Zeker niet intensiever dan bij andere vloerbedekkingen. Geverniste vloeren worden gewoon gedweild met water waaraan je een zachte zeep kan toevoegen of een speciale polish. Voor geoliede vloeren zijn er specifieke, voedende producten in de handel die je eveneens aan je dweilwater toevoegt. Geboende vloeren hebben dan weer baat bij de toevoeging van een scheutje vloeibare vloerwas. Wil je grondig reinigen bij de jaarlijkse schoonmaakbeurt, dan kan je een speciale ontvetter gebruiken.
Welke houten vloeren kunnen we onderscheiden?
Massief hout: de norm is dat dit minstens 2,5mm dik is op het ogenblik van de plaatsing. Daardoor gaat het meer dan een leven lang mee. Je kan een massief houten vloer, zo nodig, meerdere keren opschuren. Massief hout wordt op de ondervloer gekleefd of genageld. Een massieve vloer kan bestaan uit blokjes, latjes die in een bepaald legpatroon worden bevestigd of uit planken. Deze vloer is evenwel niet geschikt in een woning met vloerverwarming of een woning met grote temperatuur of vochtverschillen. Dan krijg je spleten en kromtrekken van de planken.
Fineer hout of meerlagig- of samengesteld parket: De houten afwerklaag wordt gekleefd op een onderlaag in massief hout of op een houten plaat zoals MDF. Beide of meerdere lagen worden telkens kruislings gekleefd wat onder meer het werken van het hout tegen zal gaan. Ook deze vloer kan opgeschuurd worden en zal dus levenslang meegaan. Meerlagig parket kan watervast verlijmd worden en dus gebruikt in de keuken of badkamer. Dan moet je wel een weinig vochtgevoelige fineerlaag kiezen zoals teak, afzelia of merbau. Om de inwerking van olie of azijn te vermijden werk je best af met een goede vernis of behandel je ze regelmatig met een daartoe ontwikkelde olie. Het meerlagig parket is ook geschikt voor vloerverwarming onder bepaalde voorwaarden.
Welke houtsoort te kiezen?
Harde houtsoorten zoals eik, beuk, esdoorn en exotische zoals afzelia, teak, iroko zijn het duurzaamst. Zacht houtsoorten zijn dan weer meer geschikt voor minder belopen ruimtes zoals een slaapkamer. Elke houtsoort heeft ook haar eigen kleur en structuur. Wens je een specifieke tekening met knopen of uitgesproken groeiringen of gaat je voorkeur uit naar een volledig egaal oppervlakte? De meeste houtsoorten kunnen ook kunstmatig verouderd of gekleurd worden. En heb je al eens gedacht aan kurk of bamboe? Ook deze horen ook bij de houten vloer en hebben andere eigenschappen dan het klassieke hout. Kurk dempt bijvoorbeeld beter het contactgeluid, is isolerend en kan je in zowat elke tekening of kleur krijgen. Het is volledig vochtwerend en dus toepasbaar in je badkamer. Het zal wel minder lang meegaan dan een echte “houten” vloer. Bamboe vervormt dan weer minder dan klassiek hout, is meer vochtbestendig en zeer hard.
Meer ruimtegevoel creëren
Niet iedereen heeft een immense living of zee van ruimte in de verschillende kamers in zijn huis of appartement. Wanneer spullen dan ook nog eens verkeerd worden geplaatst, lijkt de ruimte nog kleiner dan ze al is. Door het toepassen van enkele eenvoudige tips, kun je de ruimte echter heel wat groter doen lijken. Je creëert natuurlijk niet echt extra ruimte op deze manier, maar het ruimtegevoel zal er zeker baat bij hebben.
Allereerst is het belangrijk om zo weinig mogelijk spullen in de ruimte te plaatsen. Natuurlijk zal je kasten nodig hebben, maar kies dan voor één grote kast in plaats van twee of drie kleinere. Koop één grote zetel waar iedereen in past en geen resem éénzitters. Op die manier staan er maar een paar losse elementen in de ruimte en dit geeft een beduidend groter ruimtegevoel. Veel kleinere spullen zorgen voor onrust en een druk beeld.
Een fout die veel mensen maken wanneer ze een kleine ruimte hebben is om alles tegen de muren te schuiven. Op die manier krijg je wel meer open ruimte, maar het doet je ruimtegevoel zeker geen goed. In tegendeel, meubels tegen de muren schuiven heeft exact het omgekeerde effect. De kunst is om alles ongeveer minstens tien centimeter van de muren weg te houden. Maar er is niets op tegen om een meubelstuk ergens in het midden van de ruimte te plaatsen.
Ook licht geeft een gevoel van ruimte. De kunst is dus om zo veel mogelijk lichtinval in de ruimte te creëren. Dit kan op een structurele manier door ramen, dakramen en lichttunnels te plaatsen waar mogelijk. Maar dit is natuurlijk niet voor iedereen een optie. Ook in een huurhuis zal het niet mogelijk zijn om veranderingen van die aard aan te brengen. En sommige huizen of appartementen lenen er zich gewoon niet toe omwille van hun ligging. Maar lichtinval kan ook verbeterd worden op een andere manier. Er kan gekozen worden voor lichte gordijnen, meubels in transparante materialen zoals glas, tafels met smalle poten en geen overdaad aan meubels.
Kies lichte kleuren in je ruimte en bij voorkeur ook een beperkt aantal. Zowel meubels als muren krijgen bij voorkeur een lichte kleur. Wanneer dit maar een paar kleuren zijn die steeds terugkomen is het effect optimaal en zal de ruimte als vanzelf groter aanvoelen.
Een andere manier om ruimtegevoel te creëren is het laten doorlopen van de éne ruimte in de andere. Wie het groots wilt aanpakken kan kiezen voor een open keuken en dus daadwerkelijk grotere ruimtes maken. Maar ook wanneer het geen optie is om muren neer te halen, zijn er enkele mogelijkheden. Zo kunt u dezelfde vloer kiezen in verschillende ruimtes die bij elkaar aansluiten. Wanneer de tussendeuren dan openstaan lijken ze één geheel te vormen. Ook doorkijkluiken of glazen wanden geven het gevoel dat je in één grote ruimte zit in plaats van twee kleinere.
Spiegels kunnen wonderen doen, maar dan moet de ruimte wel licht en leeg zijn. Wanneer een ruimte slordig is, worden ook al deze extra spullen gespiegeld en dat geeft alles behalve een gevoel van ruimte. Is de ruimte echter licht en strak, dan zal een spiegelwand ervoor zorgen dat ze dubbel zo groot lijkt.
En zo komen we automatisch bij de laatste tip: hou de ruimte proper en leeg. Of anders gezegd, ruim op! Een rommelige ruimte zal altijd kleiner lijken, hoe groot ze in werkelijkheid ook mag zijn. Rommel geeft een chaotische indruk en dat komt het ruimtegevoel niet ten goede. Rondslingerend speelgoed of spullen die her en der liggen kunnen een grote ruimte van ieder ruimtegevoel ontdoen en zijn dus uit den boze.
Wanneer al deze tips worden toegepast, zul je binnen de kortste keren het gevoel hebben heel wat ruimer te wonen zonder je ruimte ook maar met één vierkante centimeter te vergroten.
Zelf je interieur ontwerpen
Wanneer je een huis bouwt of koopt, gebruik je de hulp van een architect om dit huis te ontwerpen. Ook voor je interieur kun je gebruik maken van een professional en een interieurarchitect onder de arm nemen. Het voordeel hiervan is dat je werkt met iemand die kennis van zaken heeft en een ruime ervaring. Je binnenhuisarchitect zal weten wat de nieuwste trends zijn en wat er zoal te vinden is op de markt. Een nadeel van een binnenhuisarchitect is het kostenplaatje dat eraan verbonden is en aardig kan oplopen. Daarnaast kan veel ervaring ook leiden tot een vaste routine die steeds opnieuw wordt toegepast en waardoor je dus geen uniek interieur voorgeschoteld krijgt. En je loopt het risico dat je binnenhuisarchitect steeds beïnvloed wordt door zijn eigen smaak en voorkeur en niet enkel door wat jij graag wilt.
Gelukkig bestaan er tegenwoordig tal van andere mogelijkheden om zelf je interieur onder handen te nemen zonder nutteloze investeringen of mislukte pogingen. Eerst en vooral kun je ervoor kiezen om je interieur in miniatuur na te bouwen. Dit vereist wel enige vaardigheid, aankoop van de nodige materialen en een goed ruimtelijk inzicht. Daarnaast kruipt er ook heel wat tijd in het maken van een maquette. Een ander groot nadeel is dat een maquette niet zo eenvoudig aan te passen is, je zult dus elke keer een nieuwe maquette moeten maken wanneer je zaken wilt veranderen.
Een snellere en eenvoudigere manier om zelf je interieur te ontwerpen is het gebruik van één van de talrijke tools die hiervoor online te vinden zijn. Sommige tools dien je eerst op te slaan op je computer voor je ze kan gebruiken, andere zijn online te gebruiken met of zonder registratie. Voor je een programma kiest om mee te werken, kan je best nagaan wat de mogelijkheden zijn. Kun je zelf afmetingen, kleuren en texturen kiezen of zijn deze voorgeprogrammeerd. Kun je zelf meubels ontwerpen? Wat met ramen, deuren en raambekleding? Niet elke programma is even uitgebreid of biedt dezelfde keuzes. Hoe gedetailleerder een programma, hoe beter en vooral realistischer het resultaat zal zijn.
Het grootste voordeel van deze programma’s is de mogelijkheid om eindeloos veranderingen uit te voeren tot alles exact zo is, zoals jij het graag wilt. Een andere kleur? Verf vervagen door behangpapier? Een andere muur, meubelstuk en zelf bloemen en plantjes zijn op maat neer te zetten in je ontwerp. Idealiter heb je verschillende beeldopties. Enerzijds een plattegrond waarop je alles kan plaatsen en anderzijds de mogelijkheid om een 3D simulatie op te starten waarbij je letterlijk door het huis wandelt. Zo kun je echt ervaren hoe een bepaalde zetel of kast aanvoelt in je huis en welke sfeer een kleur creëert.
Indien je een programma kiest dat aan een winkel verbonden is, krijg je als voordeel dat de meubels er exact zo zullen uitzien als in werkelijkheid, maar je bent wel beperkt tot de meubels die in de winkel te koop worden aangeboden. Soms zijn de programma’s ook beperkt tot één ruimte en dien je voor elke ruimte een aparte module op te starten. Dit heeft als nadeel dat je niet in één keer het hele huis in beeld kunt krijgen en dus ook geen zicht hebt op overgangen. Ook wanneer je bijvoorbeeld een open keuken wilt zetten, wordt dat erg moeilijk in een programma waarbij je geen salonmeubilair kunt kiezen in de keukenmodule en omgekeerd.
Programma’s die neutraal zijn, hebben deze beperking niet, maar de meubels zullen niet identiek zijn aan de werkelijkheid. Het is dus een beetje wikkel en wegen wat je het handigste vindt om mee te werken. Je kunt ook altijd kiezen om met verschillende programma’s te werken om te kunnen vergelijken.
Raamaankleding – enkele mogelijkheden
De meest populaire vorm van raambekleding is van oudsher het gordijn en dat zal nog wel enige tijd zo blijven. De reden hiervoor zijn de talloze mogelijkheden die een gordijn te bieden heeft. Zowel op het gebied van ophanging als materialen zijn de keuzes haast onbeperkt en dit zorgt ervoor dat er voor elke ruimte en elke stijl een geschikt gordijn te vinden is.
Gordijnen kunnen gevonden worden in zeer dunne of transparante stoffen. Deze soortmaterialen zijn ideaal voor het creëren van privacy zonder dat ze het licht buitensluiten. Ze bestaan in verschillende kleuren en modellen en kunnen zowel heel klassiek als ultramodern ogen. Naast de transparante stoffen, zijn er ook de gordijnen die juist in heel zware stoffen gemaakt zijn en werkelijk alle licht buiten houden. Die gordijnen hebben als functie om een kamer volledig te verduisteren en zijn ideaal wanneer het in de zomer zeer lang licht blijft buiten en je de slaapkamer liever wat donkerder hebt om te slapen. Een derde vorm zijn de inbetweens of tussenstoffen. Ze zijn boter noch vis en hoewel ze de kamer niet volledig verduisteren, houden ze het licht toch deels buiten. Van volledig verlicht tot compleet donker, wie gordijnen kiest, kan elke kant op.
Naast materialen zijn er ook tal van manieren waarop een gordijn gevormd en gehangen kan worden. Een strakke gordijn die in stroken naar boven getrokken kan worden of opzij geschoven, is de vouwgordijn. De verschillende vlakken worden verstevigd door een ingenaaid deel in hout of metaal dat tevens voorkomt dat de gordijn uit model zou geraken. Deze gordijnen kennen een erg strakke en moderne look en kunnen in zowel donkere als tussenstoffen verkregen worden. In transparante stoffen worden ze niet gemaakt omdat je dan de versteviging zou zien, wat niet erg mooi oogt. Een gelijkaardige look krijg je bij horizontale jaloezieën. Waar deze vroeger enkel in aluminium werden verkocht, vind je ze tegenwoordig in allerhande materialen. De lamellen kunnen in diverse breedtes verkregen worden en worden aan elkaar verbonden door middel van een ladderkoord. Naast horizontale jaloezieën zijn er natuurlijk ook verticale jaloezieën te vinden. Ze ogen enigszins gelijkaardig, maar zijn aan elkaar verbonden door een rail. Vooral voor wie hoge ramen heeft, is dit een ideaal systeem dat bovendien erg praktisch is. Een iets ouder systeem, maar met de juiste stof oogt ook dit erg modern, zijn de rolgordijnen. Hierbij wordt de stof op een rol gezet en zo gemonteerd aan de bovenkant van het raam. Door middel van een afrolsysteem kan de stof naar beneden of boven gerold worden. Het voordeel is dat je de gordijn bijna niet ziet wanneer ze opgerold is. Zeker wanneer er nog een afdeksysteem voorzien is waaronder de rol kan worden gehecht. Ook hier zijn tal van stoffen mogelijk, al is een minimumdikte wel nodig om het rolproces vlot te laten verlopen.
Gebaseerd op de Japanse schuifpanelen vind je de paneelgordijnen. Dit zijn banen of panelen die op rails bevestigd zijn en achter elkaar schuiven. Je kan kiezen voor een combinatie van verschillende materialen om een uniek lichtspel te bekomen, maar ook een klassiekere opstelling behoort tot de mogelijkheden. Het geheel oogt heel sober en strak. Wanneer men zich laat inspireren door Oostenrijk of Zwitserland komt men terecht bij de houten binnenpanelen. Deze worden niet altijd bij de gordijnen gerekend, maar behoren zeker tot de categorie raamaankleding. Ze geven een rustieke look en zijn ideaal om een ruimte volledig te verduisteren.
De nieuwste trend in raamaankleding zijn de koordgordijnen. Hierbij hang je letterlijk koorden op aan rails. Natuurlijk zijn dit wel zoveel koorden dat ze samen de indruk geven van een gordijn te zijn. Ze zijn ook bevestigd op rails zodat ze open en dicht kunnen schuiven.
Staanlampen
Staanlampen dienen in de eerste plaats om sfeer te creëren en niet zozeer als verlichting. Al kan een goed geplaatste staanlamp in een leeshoek natuurlijk wel beide functies dienen. Een staanlamp wordt op de vloer, tafel of kast geplaatst en dient aangesloten te worden via een stekker. Het is belangrijk hier rekening mee te houden wanneer u niet overal kabels wil hebben. Een staanlamp vindt u in alle soorten en maten. Er zijn zowel kleine als grote staanlampen, antieke als moderne, dure als goedkope. Welk staanlamp u in huis wilt halen, is geheel afhankelijk van uw smaak. Belangrijk bij het maken van een keuze is een lamp te kiezen die past binnen het interieur en er een meerwaarde aan geeft. Daarnaast moet ze ook op gebied van afmetingen in de ruimte passen. Indien u de staanlamp ook als verlichting wenst te gebruiken en niet enkel als ornament, kan u best even testen hoeveel licht ze effectief geeft. Staanlampen worden voornamelijk in de leefruimte gebruikt, maar ook in een slaapkamer of in de hal kunnen ze de ruimte opfleuren. Doordat ze niet gemonteerd worden zijn ze makkelijk verplaatsbaar en kan u de ruimte regelmatig een nieuw aanzicht geven door de staanlamp een nieuwe plek te geven. Meerdere kleinere of smalle staanlampen combineren in een ruimte kan ook tot erg knappe resultaten leiden.
Het grootste aanbod staanlampen kan je ongetwijfeld online terug vinden op dmlights.be, de specialist in verlichting.
Mijn top 5 staanlampen
Deze staanlampen zien er prachtig uit! Welke is jouw favoriet?
Tien-stappen-verfplan voor je saaie keukentegels
Je bent de ouderwetse keukentegeltjes grondig beu, maar het budget laat niet toe nieuwe te plaatsen? Een laagje verf kan misschien soelaas brengen. Het verven van tegels is budgetvriendelijk en geeft je keuken meteen een nieuwe uitstraling.
Laat je niet ontmoedigen door sceptici die beweren dat tegelverf geen mooi resultaat geeft, niets is minder waar. Wat onontbeerlijk is, is een goede voorbereiding en uitvoering. Wil je een langdurig resultaat, volg dan dit stappenplan!
- Verwijder de siliconen rondom het te beschilderen tegeloppervlak.
- Om een goede hechting te krijgen moet eerst de glanslaag van de tegel worden afgebroken. Gebruik hiervoor een agressief reinigingsmiddel of speciale vloer- en voegenreiniger. Borstel de voegen grondig uit.
- Schuur de tegels voorzichtig af met heel fijn schuurpapier, korrel 200 of hoger, om krassen te vermijden.
- Spoel goed met water en laat de voegen helemaal drogen.
- Plak indien nodig het tegeloppervlak af.
- Verf eerst de voegen, idealiter met een voegenverf geschikt voor vochtige ruimtes. Wanneer de voegenverf droog is verwijder je de verfresten op de tegels met een natte spons of een schrapertje.
- Breng een tegelprimer aan. Tegenwoordig bieden doe-het-zelfzaken een zogenaamd tweecomponentensysteem aan waarbij je een pakket krijgt van een primer en verf die op elkaar afgestemd zijn. Laat de primer goed drogen!
- Ga aan de slag met hoogkwalitatieve tegelverf. Begin bij de hoeken en randen met een borstel en werk het midden af met een schuimrubberen rollertje. Leg de verf niet te dik, beter drie dunne laagjes zonder strepen dan één dikke laag.
- Laat wederom goed drogen en leg een tweede en derde laag indien nodig.
- Breng opnieuw siliconen aan waar je het voordien hebt verwijderd.
Er staat je nu nog één ding te doen; aan de slag!
De radiator in gietijzer.
Wie spreekt er niet van die goede oude tijd? Als het op radiators aankomt is dat misschien niet eens zo ver gezocht. Waar nu allerhande moderne materialen worden gebruikt bij de productie van radiators, greep men vroeger terug naar gietijzer. En dat was geen slechte keuze. Gietijzer heeft namelijk de unieke eigenschap om warmte snel op te nemen en traag af te geven. En dat is nu precies wat een radiator dient te doen. Tegenwoordig worden er niet veel radiators in gietijzer meer gemaakt, maar met enige moeite zijn er toch nog leveranciers te vinden.
Naast praktisch zijn radiators in gietijzer vaak ook echte juweeltjes. En dat is logisch, want vroeger diende een radiator niet enkel om je huis te verwarmen maar was het vaak ook het pronkstuk van het salon. Net zoals voordien de open haard een centrale plaats kreeg, was dit ook het geval met radiators. Gietijzeren radiators blinken vaak uit door de prachtige versieringen die je erop kan terugvinden. Daarnaast werden bij de gietijzeren radiators vaak pootjes voorzien zodat de radiator makkelijk te verplaatsen was. En de radiator voor de badkamer kan je zelfs vinden met schuiven en kasten om handdoeken in op te warmen.
Het mag duidelijk zijn dat een radiator uit gietijzer een echt hebbeding was. En nog steeds kan zijn, want ook in een modern interieur kan ze voor een unieke toets zorgen.